Van gedachten veranderd

Of: hoe een lelijk lied mooi werd

Toen ik, net terug uit Zuid-Amerika, een keer toevallig een dienst bijwoonde van de Amsterdamse Studentenekklesia was ik zo enthousiast over de mooie muziek dat ik een paar dagen later lid werd van het koor. We zingen hedendaagse religieuze muziek, vaak vierstemming, en het repertoire is enorm.

Bij dit koor ben ik verreweg de jongste. Dat vind ik leuk: na afloop ga ik de kroeg in met mensen die dubbel zo oud zijn als ik en leer zo mensen kennen die ik via vrienden nooit tegen het lijf zou lopen. Een patholoog, een gepensioneerd gevangenispredikant, een notaris, een juf, een arts voor verstandelijk gehandicapten. Mijn positie als jongste in het koor laat ik natuurlijk niet ongemerkt. Ik ben de enige met een gat in zijn schoen en doe liever iets te bijdehand dan me aan te passen aan de beheersing die blijkbaar met de leeftijd komt.

Afgelopen donderdag repeteerden we weer. Om kwart over tien zijn we toe aan het laatste lied voor komende zondag: 'Zoals een moeder zorgt'. Ik ken het nog niet en na twee maten besluit ik dat ik dit een stom lied vind. De tekst staat me niet aan, de melodie niet, de maatsoort niet, niks eigenlijk. In de kroeg bazuin ik dit vrolijk in het rond. Ik weet wel dat mijn mening deels is gebaseerd op dat ik het niet onmiddelijk kon zingen, en dat ik overdrijf, maar het bevalt me wel om iets stom te vinden. Ik heb de hele dag gestudeerd en ben in een recalcitrante bui.

Zondagochtend kom ik zoals gewoonlijk aan de late kant De Rode Hoed binnengestormd. De koorleden staan op een kluitje in de hal. Daar hoor ik dat afgelopen donderdag een koorlid is overleden. Wichert, de gevangenispredikant. Met dit nieuws achter de kiezen zingen we. Het is raar. Ik ben me erg bewust van de plek achter me die de basgroep vrij heeft gehouden voor iemand die er opeens niet meer is.

Vanochtend zongen we in de uitvaartdienst voor Wichert. Iemand van het koor vroeg speciale aandacht voor het lied 'Zoals een moeder zorgt'. Ze vertelt dat Wichert dit zo'n mooi lied vond, vooral de baspartij. Als eerbetoon zingen het tweede couplet alleen de bassen, terwijl de rest van het koor zachtjes neuriet. Ik neurie niet mee, maar luister naar de basgroep die uit volle borst zingt. Ik hoor het voor het eerst goed en denk: ik heb vorige week in mijn jeugdige overmoed te snel geoordeeld. Zo is het wel een mooi lied. Nee, het ìs mooi lied.

22 februari 2006 | 23:02 | categorie: vandaag
Reacties

joh... jammer...

Geplaatst door David op 23 februari 2006 om 13:12

Damn dat klonk heel gemeen-en-cynisch, ik bedoelde het meer ontroerd-en-treurig.

Ik vind t een mooi stukje.

Geplaatst door David op 23 februari 2006 om 13:14

hehe, dat eerste is inderdaad voor velerlei uitleg vatbaar.

is velerlei een woord? misschien moet ik daar een luchtig stukje aan weiden om hierboven te zetten.

Geplaatst door Hanna. op 23 februari 2006 om 14:30

nee, niet verbergen, het is een mooi stuk....

Geplaatst door patrick op 23 februari 2006 om 22:50